Als de laatste streekbus van de zondag nadert, dan schakelt zelfs de meest verstokte wandelaar over op hardlopen. Dat gaat vanzelf. Wanneer gaan we over van wandelen op rennen? En waarom rennen we eigenlijk niet altijd in plaats van te wandelen?
Voorkeurssnelheid
Bij het rennen is er een zweefmoment waarin beide voeten van de grond zijn, terwijl je bij het wandelen steeds een voet aan de grond hebt, en een momentje zelfs beide benen op de grond hebt. Een gemiddelde persoon wandelt het liefst op een snelheid van rond de vier kilometer per uur, lange mensen wat sneller, zware mensen liever wat langzaam. Een snelheid van vier kilometer per uur is heel erg energiezuinig. Je verbruikt dan 35 kcal per kilometer.
Slenteren energieverslindend
Wie langzamer loopt, heeft verrassend genoeg meer energie nodig om een kilometer af te leggen. Dat komt omdat je tijdens slenteren relatief veel energie gebruikt om je evenwicht te bewaren. En die energie komt niet ten goede aan het lopen. Tijdens het wandelen kom je vooruit door als het ware continue te vallen met behulp van de zwaartekracht. Bij elke afzet stijgt het lichaam wat in hoogte om tijdens de beenzwaai die hoogtestijging om te zetten in snelheid naar voren toe. Harder wandelen kost natuurlijk wel meer energie. Bij een snelheid van 6 km/uur valt het nog mee: dat kost 45 kcal per kilometer, maar voor nog een stijging met 2 km/uur tot 8 km/uur moet je relatief meer uit de kast halen: een snelheid van 8 km/uur kost 80 kcal per kilometer. Bij de meest energiezuinige snelheid gebruik je de zwaartekracht optimaal.
Rennen of wandelen?
Wandel jij rustig met 4 km/u en er komt iemand naast je meerennen, dan kost dat de hardloper bijna twee keer zo veel calorieën per kilometer. Verhogen jullie het tempo, dan zal de hardloper bij 6 km/u nog steeds meer calorieën per kilometer verbruiken dan jij. Maar dan, bij een nog hoger tempo zal jij als wandelaar juist meer energie per kilometer nodig hebben. Bij 8 km/u gebruik jij 80 kcal per kilometer en de hardloper 65. Ergens rond deze snelheid waarbij rennen energiezuiniger wordt dan wandelen, gaan mensen spontaan over van wandelen op rennen.
Rennen voor energiebesparing
Een reden om over te schakelen van wandelen op rennen zou zijn, dat het lichaam als het ware is ingesteld op het besparen van energie en dus de meest energiezuinige manier van lopen kiest. Maar uit onderzoek blijkt dat de omschakeling niet altijd precies zo gebeurt, dat je een minimaal energieverbruik hebt. Wat nog meer kan meespelen, is dat je benen een seintje geven: het is niet meer comfortabel om met deze snelheid steeds een voet aan de grond te houden. De benen gaan de voorkeur geven aan een zweefmoment in het lopen. Zoals een van de onderzoekers opmerkt over de snelheid waarbij van wandelen op rennen wordt overgeschakeld: het is een interessante snelheid om te onderzoeken, maar wandelaars vermijden het om met deze snelheid te lopen.‘
Copyright © Anja Edwards van Muijen Deze tekst is in 1998 gepubliceerd in Wandelkrant te Voet en wordt uitsluitend aangeboden voor persoonlijk gebruik.